Als vegetariër in Indonesië is het bestellen van gado gado een van de beste manieren om je buik te vullen: in essentie is het een bord gekookte groenten bedolven onder een (veel te) lekkere pindasaus. En dat is toch geweldig!
Gado gado komt oorspronkelijk uit Java, Indonesië. De naam betekent letterlijk ‘mix-mix’, verwijzend naar de combinatie van groenten en pindasaus. Deze salade is veelzijdig en voedzaam, met een mix van groenten, ei, tofu of tempeh, en wordt meestal lauwwarm geserveerd.
Liever andere groenten? Kan gewoon!
Gado gado is makkelijk aan te passen aan de seizoenen. In de zomer kun je knapperige sperziebonen, taugé, en sla gebruiken, terwijl je in de winter kunt kiezen voor groenten zoals pompoen, zoete aardappel of wortel. Trek ook vooral je koelkast open en kijk wat er nog op moet: restje cavolo nero, bloemkool of een paar zielige peultjes – die kunnen er prima in!
Pindasaus
De pindasaus is essentieel en wordt gemaakt van geroosterde pinda’s, kokosmelk, tamarinde en palmsuiker. Voor variatie kun je ketjap manis toevoegen voor een zoetere saus, citroengras voor een frisse smaak of een lepel sambal voor extra pit.
Een beetje cashew(pasta) door de saus kan zorgen voor een romigere textuur. Dat is heel traditioneel, want oorspronkelijk werden alleen cashews gebruikt op Java. Nu zijn pinda’s een stuk goedkoper en zie je de cashew nog zelden in de saus.
Gado gado recept
Ingrediënten
Pindasaus
- 150 g ongezouten pinda’s
- 200 ml kokosmelk
- 2 tenen knoflook
- 1 rode chilipeper, zonder zaadjes (of naar smaak)
- 1 el tamarindepasta
- 1 el palmsuiker, of bruine suiker
- 1 el sojasaus
- 150 ml water
Gado gado:
- 200 g tempeh, in dunne plakjes
- 1 el sojasaus
- 100 ml plantaardige olie, om te frituren
- 200 g sperziebonen, kort gekookt en afgekoeld
- 150 g taugé, kort geblancheerd
- 200 g witte kool in reepjes, kort gekookt en afgekoeld
- 2 middelgrote aardappelen, in plakjes en gekookt
- 2 wortels in reepjes, kort gekookt
- 2 hardgekookte eieren, in parten
- 1 komkommer, in plakjes
- kropsla, geroosterde pinda’s en gebakken uitjes om te garneren
Instructies
- Rooster de pinda’s in een droge koekenpan tot ze goudbruin zijn. Laat afkoelen en maal ze fijn in een blender of vijzel.
- Verhit een beetje olie in een pan en bak de knoflook en chilipeper tot ze geurig zijn. Voeg de gemalen pinda's toe en roer goed door. Doe er de kokosmelk, tamarindepasta, palmsuiker en sojasaus bij. Laat dit zachtjes koken en verdun de saus met water. Breng op smaak met zout.
- Laat de saus op laag vuur indikken tot hij romig is. Voeg eventueel nog wat water toe als de saus te dik is.
- Marineer de plakjes tempeh kort in sojasaus. Verhit de plantaardige olie in een pan en frituur de tempeh tot deze goudbruin en knapperig is. Laat uitlekken op keukenpapier.
- Verdeel de slabladeren over een groot bord of schaal en leg hierop de sperziebonen, taugé, witte kool, aardappelen, wortel, komkommer en partjes ei. Voeg de gefrituurde tempeh toe en schep de pindasaus er royaal overheen. Strooi er extra pinda’s en gebakken uitjes overheen voor een lekkere crunch.
Voedingswaarde
Dit recept printenOf probeer dit recept voor gado gado salade:
Probeer ook dit recept voor een romige açai bowl met blauwe bessen, frambozen en pindakaas