Suikermaïs met gezouten salieboter

 

Van geroosterde maïskolven raken we al snel in Caribische sferen. Toch komt de maïs deze maand uit eigen land. De knapperige, zoete korrels van de jonge suikermaïs zijn heerlijk mals en sappig.

Suikermaïs is er in een zoete en extra zoete variant. Het zoete accent danken deze soorten aan het feit dat de natuurlijke suikers niet zijn omgezet in zetmeel.
De kolven zijn omgeven door beschermdraden en schutbladeren. Deze beschermen de zongele korrels tegen indeuken en barre weersomstandigheden.

Hele maïskolven kun je stomen, roosteren, grillen en ook bakken of braden. Verwijder de draden en schutbladeren (tenzij je ze roostert op de bbq!) en snijd een plakje van de onderkant. De kolf kun je nu in zijn geheel gebruiken, halveren of in brede stukken snijden. Hoe jonger en kleiner de kolf, hoe korter de bereidingstijd. Beetgaar zijn de korrels op hun lekkerst. Reken per persoon op 1 maïskolf.

Wil je alleen de korrels gebruiken, zet de kolf dan rechtop op een snijplank en snijd er met een scherp mes de korrels af. De korrels kook je in 6-8 minuten knapperig gaar. Stoof de verse korrels ook eens de laatste 10 minuten in een tajine, stoofpot of pastasaus mee.

Suikermaïs met gezouten salieboter

voor 4 personen

4 kolven suikermaïs, schoongemaakt
100 g gezouten boerenboter
2 takjes verse salie

Kook de maïskolven in ruim water (zonder zout!) in 10-15 min. beetgaar. Smelt intussen de boter zonder te kleuren en voeg de salie toe. Laat de salie in de gesmolten boter trekken en voeg versgemalen peper naar smaak toe. Laat de maïs goed uitlekken en leg de kolven op een schaal, steek er eventueel maïsprikkers in en giet er de salieboter over.

TIP Kook 2 extra kolven, de beetgare korrels zijn de volgende dag heerlijk in een salade, hartige taart, lunchwrap of roerbakgerecht.