Appelbeignets zijn een geliefde lekkernij tijdens oud & nieuw. Maar: eet je ze niet héél snel op, dan worden ze slapjes. Wat kun je doen om appelbeignets knapperig te houden?
Een lezer scheef ons eens: “Voor oud en nieuw bak ik liever de ouderwetse appelbeignets (in een beslagje) dan de appelbeignets tussen deeglaagjes, zoals je die in de winkels ziet.
Mijn beignets komen altijd met een prachtig gerezen korstje uit de fituurpan, maar na een poosje is er niet meer over dan een zielig slap hapje.
Ik vermoed dat dat komt doordat de warmte van de appel niet weg kan. Wat kan ik doen om mijn beignets ‘knapperig’ te houden?”
Appelbeignets knapperig houden
Helaas is dit het geval bij alle gefrituurde zaken. Warm en net gebakken zijn ze het lekkerst en knapperig. Zodra ze afkoelen worden ze slapper. En ze worden nóg sneller slap als ze op elkaar gestapeld worden en hun warmte niet kwijt kunnen.
In appels zit veel vocht en dat maakt het knapperige deeg slap. Net als brood wat net uit de oven komt en zo’n heerlijke knapperige korst heeft. Na een dag is het niet meer knapperig.
Bij gefrituurde dingen, zoals appelbeignets, gaat dat inderdaad nog sneller, hoe meer vocht hoe sneller de knapperigheid verdwijnt. Ook oliebollen zijn na een tijdje zachter.
Appelbeignets opwarmen
De tip: je kunt ze in een goed voorverwarmde oven van 175°C even oppiepen. In de magnetron gaat dat niet, dan worden ze juist nog zachter.