vleesverlangen

vleesverlangen

‘Hoe meer je weet over vlees, hoe meer waardering je krijgt, voor de pure schoonheid ervan.’ Marijn Franks docu-film Vleesverlangen verscheen deze week op tv (en is hier terug te kijken!). Wij spraken Marijn over haar stage in het slachthuis, kweekvlees en – natuurlijk – haar vleesverlangen.

Waarom een film over vlees?

Dit onderwerp zit me al 15 jaar hoog. Ik maak graag films over items dichtbij mezelf. Vlees eten zoals wij doen, is niet goed voor de wereld, het milieu en de dieren. En ook niet noodzakelijk in een bewust voedingspatroon. Rationeel heb ik de argumenten op orde, maar ik vind vlees superheerlijk! En ik ben de enige niet. In mijn film zoek ik antwoord op de vraag of ik verslaafd ben aan vlees en hoe daarmee om te gaan. Een bloedserieus onderwerp, maar wel met de nodige lichtheid gebracht.

Waar komt dat verlangen vandaan?

Ik kom uit zo’n verantwoord etend, vegetarisch gezin en vond ons eten niet lekker. Mijn moeder accepteerde dat ik af en toe vlees at, maar veranderde de koers niet. Zodra ik kon, heb ik me afgezet tegen couscous met tomatenvellen en liet geen voorbijkomende bitterbal staan. Mijn zus, student aan de Landbouw-universiteit, vertelde me over kippenboerderijen en slachthuizen en liet me zien waarom je beter geen vlees kunt eten. Graag vlees eten is niet alleen mijn individuele dilemma, vlees verslaving lijkt wel iets mondiaals. De wereldbevolking groeit en zodra de welvaart toeneemt, gaan mensen meer vlees eten, ook in China, Afrika en zelfs India.

Wat is de oplossing?

Door vlees eten wordt het milieu zwaar belast, denk alleen al aan de grond die nodig is om veevoer te verbouwen. En voor dieren zelf is het ook geen pretje om voor ons te worden opgefokt. Zeker nu ik een dochter heb, houdt het me ook bezig wat voor eetpatroon we doorgeven aan de volgende generatie. Er is een revolutie nodig en ik wil daar aan bijdragen. Voor deze film dwing ik me écht na te denken over hoe ik in elkaar zit, waarom ik zo’n vleesjunk ben, ik wil mijn waarden over vlees herrijken. Net als de meeste mensen hield het me altijd vooral bezig of iets lekker was. Gek genoeg is vlees gedevalueerd in Nederland, het is eigenlijk absurd dat het zo gewoon en goedkoop is geworden. Vlees is niet speciaal meer, niet kwaliteit, maar kwantiteit is vaak de norm. En de afstand tussen levend dier en verpakt vlees in het schap is te groot, totaal van elkaar losgekoppeld. Ook daar kom ik achter in mijn reis langs slachter en slager, kok én verslavingsprofessor. Ik ging zelfs in therapie!

Geen ode aan de slager dus?

Toch wel! Mijn stage bij het slachthuis was erg heftig en toch tof, want ik leerde ook uitbenen en uitsnijden, zag ook het mooie van dit vak. Het doden van dieren is confronterend, maar niet alleen eng. Ik heb juist respect gekregen voor mensen die de dieren goed begeleiden, en datgene doen wat niemand wil zien. Dit zijn eigenlijk de helden.

Vlees eten in de toekomst?

Misschien moet het hier in het westen eerst tot rampen als ernstige voedselschaarste of zelfs hongersnood komen voordat we rigoureus ingrijpen. 35 jaar geleden was 3% van de bevolking vegetariër en dat is nu nog steeds zo, daar hoeven we dus geen groei te verwachten. Ik verwacht dat er toekomst is voor kweekvlees, waarbij vanuit één spiercel 10.000 kilo (!) vlees kan worden ontwikkeld. Geen slacht, een oneindige hoeveelheid vlees en minder milieubelasting. De eerste kweekhamburger smaakt nog niet optimaal, aan de vetcellen die de smaakgevers zijn, moet nog verder worden gewerkt, maar het is hoopvol.

TEKST MARION DE BOER LAURA VAN HEUSDEN FOTOGRAFIE TJITSKE VAN LEEUWEN BEWERKING MAAIKE KOORMAN