Kwarkmuffins met bosbessen en bramen

Verwarm de oven voor op 175°C.

Klop de boter en 150 g suiker met de mixer ± 10 min. totdat de massa schuimig is. Voeg nu één voor één de eieren toe. Voeg pas een volgend ei toe als het vorige volledig door het botermengsel is opgenomen.

Boen de citroen schoon, rasp het gele deel van de schil en pers hem uit. Roer de kwark, een mespunt zout, het citroenrasp en 3 el van het citroensap erdoor. Spatel in delen de bloem luchtig door het boter-kwarkmengsel.

Zet de caisses in de vorm en schep ze halfvol met beslag. Bak de cakejes in het midden van de oven in ± 30 min. gaar en lichtbruin. Je kunt de cakejes afgekoeld perfect invriezen.

Breng de rest van het citroensap, 75 ml water en 50 g suiker aan de kook en laat de suiker oplossen. Voeg de bosbessen toe, breng aan de kook en laat ± 1 min. goed doorkoken. Voeg de bramen toe, breng opnieuw aan de kook en neem de pan dan direct van het vuur. Zeef het fruit en vang het vruchtensap op.

Verwarm het vruchtensap opnieuw. Roer het geleipoeder los met 4 el koud water, roer het door het vruchtensap en laat binden. Neem van het vuur, schep het fruit er weer door en verdeel de nog hete topping over de cakejes.