Verhit voor de migas de olijfolie in een koekenpan en bak daarin het brood zachtjes 3 min. Voeg de knoflook, paprikapoeder en zout en peper naar smaak toe en bak zachtjes tot het broodkruim goudbruin is. Laat iets afkoelen en meng met de serranoham. Snijd de kontjes van de roodlof en haal het blad los. Leg 12 blaadjes op een schaal. Snijd de paprika’s in blokjes en meng ze met de citroenmayonaise, citroenschil en gerookt paprikapoeder. Vul de lofblaadjes met het paprikamengsel en bestrooi met de migas.

Snijd de schil van de ingelegde citroen in dunne reepjes. Houd 6 reepjes apart en snijd de rest in blokjes. Snijd de komkommer ook in blokjes. Houd een paar mooie blaadjes van 5 takjes koriander apart en snijd de rest grof. Trek de makreelfilet in stukken. Meng de mayonaise met het pekelvocht. Houd een paar blokjes citroen en komkommer apart en schep de rest door het makreelmengsel. Breng op smaak met versgemalen peper en zout. Schep wat van de makreel op een cracker en garneer met wat citroen, komkommer en koriander.