Begin 1 dag van tevoren. Spoel de zwezerik 20 min. onder koud, stromend water. Doe de zwezerik met de kippenbouillon in een kleine steelpan en breng aan de kook. Draai het vuur laag en laat ± 2 min. zachtjes koken met een deksel op de pan. Laat uitlekken en spoel koud onder de kraan. Verwijder met een puntig mesje de witte vliesjes rondom de zwezerik (kijk naar het filmpje hierboven hoe je dat precies doet). Wikkel in een schone theedoek of in dik keukenpapier en klem tussen twee borden. Zet een nacht in de koeling met een gewicht erop. Zo wordt de zwezerik goed stevig.

Schil voor de salade de knolselderij. Verwijder de pitten uit de pompoen en boen de schil goed. Snijd de knolselderij en pompoen in flinterdunne plakjes op een mandoline (of met een dunschiller of schaaf). Rasp de helft van de citroenschil dun af en pers de citroen. Meng het sap, rasp, olie en knoflook tot een dressing en voeg peper en zout naar smaak toe. Meng de dressing met de knolselderij en pompoen in een kom. Dek af met folie en laat 1 nacht marineren. Schep af en toe om.

Begin 20 min. van tevoren. Laat de gemarineerde groenten uitlekken in een zeef en vang de dressing op. Meng de notenolie, mosterd, wijnazijn en gehakte hazelnoten door de dressing.

Haal de zwezerik uit de doek en snijd met een scherp mes in blokjes van 2 cm. Wentel ze door de bloem. Verhit de olie en boter in een koekenpan en bak de stukjes zwezerik in 3-4 min. rondom bruin. Schep regelmatig om. Verdeel de knolselderij- en pompoenplakjes over diepe borden en verdeel de stukjes zwezerik erover. Lepel de dressing erover en garneer met blaadjes rucolakers.