Verhit 2 el olijfolie in een pan met dikke bodem en fruit de helft van de knoflook en de gember zachtjes 1 min. aan. Houd 2 el kokosmelk achter en voeg de rest samen met de gepelde tomaten (met sap), bouillon en 3 limoenblaadjes toe en breng aan de kook. Laat ± 10 min. zachtjes koken.

Snijd intussen het laatste limoenblaadje heel fijn en doe met de rest van de knoflook, de mayonaise en 1 el limoensap in het hakbakje van de staafmixer. Pureer tot een gladde saus en breng op smaak met peper, zout en evt. meer limoensap.

Neem de pan van het vuur en haal de limoenblaadjes eruit. Pureer de soep glad, voeg de garnalen toe en breng nogmaals aan de kook. Laat ± 5 min. zachtjes koken of tot de garnalen gaar zijn. Breng op smaak met peper, zout en limoensap.

Snijd met de punt van een scherp mesje de coquilles aan de bovenkant heel ondiep kruislings in. Verhit de laatste 2 el olijfolie in de koekenpan en bak de coquilles in ± 3-4 min. rondom goudbruin en rosé vanbinnen. Leg in elk diep bord 3 coquilles en schenk de soep erbij. Schenk wat extra kokosmelk in een swirl door de soep en bedruppel met wat extra olijfolie. Serveer met de limoenblad-rouille, crostini’s en partjes limoen. Garneer met blaadjes koriander.