Kook de aardappels in 12-15 min. beetgaar, giet af en laat afkoelen.

Verhit intussen 2 el olie in een pan en bak de sjalot en knoflook zachtjes 5 min. Voeg de mosselen en wijn toe en dek de pan af. Kook de mosselen ± 3 min. tot alle schelpen open zijn (gooi schelpen die dicht blijven weg). Giet af boven een zeef en vang het kookvocht op. Verwijder de schelpen en houd de zeef even onder koud stromend water om evt. zanddeeltjes weg te spoelen. Schep de peterselie door het mossel-sjalot-knoflookmengsel. Schenk het kookvocht door een fijne zeef of schone theedoek en vang het op.

Pel de afgekoelde aardappels en snijd ze in dunne plakken. Klop in een grote kom de eieren los met ± 2 el gezeefd kookvocht en voeg zout, peper en het paprikapoeder toe. Voeg de aardappelschijfjes, mosselmengsel en chorizo toe en meng goed door elkaar.

Verwarm de oven voor op 180°C.

Verhit een ovenbestendige koekenpan met antiaanbaklaag ± 24 cm ∅ en voeg 4 el olijfolie toe. Verdeel de olie goed over de pan en de randen. Schenk het eiermengsel in de pan. Bak ± 10 min. op laag vuur. Zet de pan daarna ± 20 min. in de oven zodat de bovenkant ook goed gaar wordt. Neem tortilla uit de oven, maak de randen los en laat iets afkoelen. Laat de tortilla op een schaal glijden, snijd in punten en serveer.