Bereidingswijze

1. Week de saffraan in de groentebouillon. Pers of rasp de knoflook. Snipper de ui. Snijd van beide paprika’s 3 ringen, de rest in reepjes. Snijd de tomaten in stukjes.
2. Verhit in een paella- of hapjespan 2 el olijfolie. Fruit knoflook, ui en paprikapoeder 1 min. zachtjes. Voeg de paprikareepjes toe en bak 2 min.
3. Schep de tomaat erbij en bak nog 10 min. mee, tot ze zacht zijn.
4. Schep de rijst erdoor en bak 2 min., tot de korrels glanzen. Schenk de helft van de bouillon toe. Laat de rijst de bouillon zachtjes kokend in 8-10 min. opnemen. Halveer de artisjokharten.
5. Voeg de doperwten en de rest van de bouillon toe en breng opnieuw tegen de kook. Leg de paprikaringen en artisjokharten op de rijst en laat nog 10 min. zachtjes garen. Voeg wanneer de rijst droog kookt extra bouillon of water toe, maar roer nu niet meer. De rijst mag aan de pan plakken: socarrat wordt de krokante korst genoemd waar de Spanjaarden zo dol op zijn.
6. Verhit een grillpan. Snijd de citroenen in parten. Schep citroen en olijven om met de laatste 2 el olijfolie. Gril de citroen en olijven op hoog vuur, tot ze roosterstrepen hebben.
7. Hak de peterselie grof. Breng de paella op smaak met zout en peper, bestrooi met olijven en peterselie. Leg de citroen op de paella en steek 4-6 lepels in de rijst. Eet, net als de Spanjaarden, uit de pan of geef er een bord bij.