Verwarm de oven voor op 180°C. Leg de knoflookhelften met het snijvlak naar beneden op bakpapier in een ovenschaal. Besprenkel met 1 el olijfolie en rooster de knoflook ± 30 min. in de oven. Snijd intussen het sjalotje fijn. Breng in een steelpan de wijn met de sjalot aan de kook. Laat de wijn tot 3 el vocht inkoken. Roer de slagroom, limoenrasp en dragon door de wijn en laat op matig vuur inkoken tot een gebonden saus. Houd de saus op laag vuur warm of laat afkoelen en verwarm later weer op laag vuur. Maak de roodlof schoon en snijd elk in 6-8 dunne partjes. Verhit 2 el olijfolie in een koekenpan. Bak de roodlof in 6-8 min. beetgaar of net iets zachter van beet. Halveer de lasagnebladen. Kook ze in ruim water met zout in 4 min. gaar. Verhit de laatste 3 el olijfolie in een tweede koekenpan. Dep de coquilles droog en bestrooi ze met zout en peper. Bak ze op hoog vuur in 1 min. per kant goudbruin en vanbinnen nog mals en sappig. Maak op 4 borden laagjes lasagne, roodloof en dragon-limoensaus. Verdeel de coquilles erover en leg de knoflook ernaast, zodat je zelf naar smaak kiest of je er wat bij doet. Bestrooi met peper naar smaak.