Meng de gist in een grote kom met 1 el suiker en 50 ml lauwwarm water. Laat ± 5 min. staan tot het gistmengsel schuimt. Voeg de rest van de suiker, bloem, polenta, ½ tl kummel, 1 el zout en 350 ml lauwwarm water toe en roer tot net gemengd. Kneed het deeg op een werkblad of in de keukenmachine 8-10 min. stevig door tot het mooi glad is. Laat afgedekt in de kom ± 1 uur rijzen op een warme plek tot het in volume is verdubbeld.

Kook intussen de kwarteleieren in ± 3 min. in kokend water gaar. Spoel koud af en pel ze.

Laat ze afkoelen. Rol elk eitje in een plakje ham.

Meng de paprika met de gruyère, wat versgemalen peper, de rest van de kummel en de fijngesneden dille.

Verwarm de oven voor op 180°C.

Verdeel het deeg in 25 gelijke balletjes. Druk telkens een deegballetje plat en verdeel er wat van het kaasmengsel over. Duw er een eitje in, vouw het deeg er weer omheen en rol er voorzichtig weer een balletje van.

Bestrijk de broodjes met melk, bestrooi met wat polenta en kummel en bak in het midden van de oven in 20-25 min. gaar. Als de broodjes hol klinken als je er op klopt, zijn ze goed. Laat iets afkoelen en bestrooi met de rest van de dille.