Verwarm de oven voor op 180°C. Vet 4 grote bakplaten in en bekleed met bakpapier.

Rol voor de bodem van de kalender 1 portie deeg uit tot een lap van 5 mm dik en minstens 30 x 30 cm. Breng over op een bakplaat met bakpapier en bak in 12-15 min. tot de koek net stevig is – hij wordt nog steviger tijdens het afkoelen – en licht goudbruin. Laat in 5 min. iets afkoelen en snijd er een vierkant uit van 27 x 27 cm. Laat de bodem op een rooster afkoelen.

Verdeel de tweede portie deeg in 2 stukken en rol beide uit tot een lap van 3 mm dik en minstens 20 x 30 cm. Breng over op twee bakplaten bekleed met bakpapier en bak in 12-15 min. tot de koeken net stevig en licht goudbruin zijn. Wissel halverwege de bakplaten van plek in de oven. Laat in 5 min. iets afkoelen en snijd hieruit zes repen van 25 x 4½ cm en twee repen van 27 x 4½ cm. Laat de repen afkoelen op een rooster.

Verdeel de derde portie deeg in 2 stukken en rol ze beide uit tot een lap van 3 mm dik en minstens 10 x 27 cm. Breng over op twee bakplaten bekleed met bakpapier en bak in 12-15 min. tot de koeken net stevig zijn en licht goudbruin. Wissel halverwege de bakplaten van plek in de oven. Laat 5 min. afkoelen en snijd hieruit 20 rechthoekjes van 5 x 4½ cm om de kalender in vakjes te verdelen. Laat de rechthoekjes afkoelen op een rooster.

Verdeel de vierde portie deeg in 2 stukken en rol beide uit tot een lap van 3 mm dik en minstens 12 x 27 cm. Breng over op een bakplaat bekleed met bakpapier en bak in 12-15 min. tot de koeken net stevig zijn en licht kleuren. Laat in 5 min. wat afkoelen en snijd hieruit 25 vierkantjes van 5½ x 5½ cm voor de dekseltjes op de kalendervakjes. Laat de dekseltjes afkoelen op een rooster.

Plaats de zes repen van 25 x 4½ cm een voor een dwars hierop. Begin met de linker buitenkant. Spuit glazuur op een lange snijkant van een reep en zet hem rechtop op de linkerkant van de bodem. Houd de reep een paar tellen vast tot hij stevig staat. Breng glazuur aan op de volgende koekreep en zet hem ernaast. Tussen de repen moet steeds 4½ cm ruimte open blijven. Ga zo door en zet de laatste reep op de rechter buitenkant.

Plaats nu de 20 rechthoekjes 5 x 4½ cm om de kalender in vakjes te verdelen. Spuit telkens een paar rechthoekjes aan drie snijkanten in met glazuur en breng ze aan, zodat je 25 vakjes krijgt.

Leg de cijfersjablonen op de vierkante koekdeksels en kwast er heel dun eiwit over. Bestuif met poedersuiker en haal de sjablonen voorzichtig weg.

Spuit een rondje glazuur in elk hoekje van de koekdeksels. Vul de vakjes van de kalender met kerstversiersels en chocolaatjes en sluit ze met de koekdeksels.